Peter van Ark (1945) werkt beurtelings in Friesland en in Amsterdam.

Na zijn Leidse gymnasiumtijd, waarin hij onder meer actief was als amateurpoppenspeler, heeft hij enige jaren vertoefd op de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag. Het lukte hem niet daar zijn draai te vinden ondanks de wijze raad van Co Westerik (docent kop- & figuurtekenen), de bemoedigende woorden van Pearl Perlmuter (docente plastisch vormgeven), de eigenzinnige vrolijkheid van Gerrit Noordzij (docent letters & schrift), de stille aandacht van Wim Beuning (docent fantasie-uiting) en de kameraadschap van medestudenten.

Een carriere als  vrij kunstenaar leek te riskant en daarom werd er gekozen voor een eenvoudige werkkring met relatief veel vrije tijd. Er zijn toen etsen gemaakt, theaterfiguren, plastieken, af en toe een schilderij en voor de werkgever folders en affiches. Peter van Ark was tevens assistent bij twee poppentheaters en werkte mee aan het vakblad 'Wij poppenspelers'.

Vanaf 2002 heeft Peter van Ark zijn aandacht volledig op het schilderen gericht. Het werk is dromerig. Figuratief maar raadselachtig. Een mengeling uit het rijk der fabelen met aardse zaken.